https://archief.amsterdam/inventarissen/inventaris/5075.nl.html#NOTA02040000161

Zomaar een acte

Friedrich Langerman, “uit Hildesheim”, staat op zijn vertrek naar Batavia als soldaat op het VOC schip “Groenendaal”, en hij wandelt met twee vrienden op 16 september 1773 naar Cornelis van Homrigh om zijn testament op te laten stellen.

Als enige en algemene erfgenaam benoemt hij ene Maria Kols “aan wie hij door trouwbelofte is verbonden”.

Ik heb gezocht naar een eventueel huwelijk in Amsterdam, maar niet gevonden.

Waarom ze niet getrouwd zijn vóór zijn vertrek (op 9 december) is mij niet bekend.

Er is wel een Maria Kols gedoopt in Amsterdam (Luthers) in 1759, maar dan zal ze 14 jaar geweest zijn toen Friedrich de trouwbelofte tekende?  Is dat niet wat jong?

Hoe dan ook: Friedrich vertrekt, maar zal nooit aankomen in Batavia.

De “Groenendaal” arriveert op Kaap de Goede Hoop op 24 april 1774, en op 14 mei wordt hij vemeld als “verblijvende in het hospitaal wegens indispositie” (zie schuldbrief)

Hij geneest, blijft op de Kaap, en maakt carrière:

Arqebusier 1775, constable's mate 1777, constable 1781, pyrotechnist 1785, lieutenant of the artillery 1788, lieutenant-captain 1803   (via  http://www.safrika.org )

In achtereenvolgens het VOC leger, het Kaapse leger, en het Engelse leger.

Hij is zijn trouwbelofte aan Maria Kols vergeten (of die is ingetrokken?)  want in 1787 trouwt hij op de Kaap een Kaap-Duitse weduwe met wie hij 5 kinderen krijgt.

En blijkbaar krijgt hij óók nog drie (buitenechtelijke) kinderen met zijn stiefdochter?

Heb een directe nazaat van hem gevonden in Australië, en die viel bijna van d’r stoel toen ze dit testament zag.

Compleet onbekend voor haar, en het is weer een stukje in het mysterie van haar voorvader.

Één van de vragen die haar al lang bezighoudt: wat betekent “van Hildesheim” op de VOC schuldbrief?

Is dat de plaats waar hij geboren is, of de plaats waar hij het laatst woonde? Of kan het beide zijn?

In Hildesheim is Friedrich namelijk niet te vinden.

En is “de Stad Oldenburg” in de Rozenstraat nog terug te vinden? Vond een verwijzing naar een herberg “de Stad Oldenburg”  in deze acte , maar daar staat geen straatnaam bij.