Waarvan akte!

Help mee om de archieven van notarissen uit het Gelders rivierengebied beter toegankelijk te maken.

Stand van zaken

  • 17.144 scans
  • 369 deelnemers

  • 14.679
    • 12.6% Onbruikbaar
    • 85.6% Ingevoerd
    • 55.8% Gecontroleerd
    Ingevoerd 98.2%
  • 9.571
    • 12.6% Onbruikbaar
    • 85.6% Ingevoerd
    • 55.8% Gecontroleerd
    Gecontroleerd 68.4%
Meedoen aan dit project

Project info

 
Minte Poldervaart - RAR

Minte Poldervaart - RAR

Op stoom - industriƫle ontwikkelingen en bedrijvigheid

Laatst bijgewerkt op: 

 

Op 23 mei 1911 passeert de volgende akte bij notaris Huibert Gerrit van Everdingen te Buren.

De heren Hendrikus Gijsbertus van Steenis en Cornelis Peters vestigen:


de N.V. Burensche Stoom- Wasch- en Strijkinrichting te Buren.

 


 

Hendrikus Gijsbertus van Steenis te Erichem en Cornelis Peters te Buren, voor zich en als mondeling lasthebber van de overige deelgenooten, tot vestiging der naamlooze vennootschap ‘de Burensche Stoom wasch en strijkinrichting gevestigd te Buren.

 

Dat de eigenaar Cornelis Peters betrokken was bij de tot standkoming van de stoomwasserij, is niet verrassend. Hij was in 1911 al directeur van de N.V. Stoomtram Tiel-Buren-Culemborg.

Met de stoomwasserij zette hij zijn kennis en ervaring in het machinale stoomwezen dus voort. Ook was hij vermogend om te investeren in de oprichting van een nieuw bedrijf.

 

De aandelen werden overigens verdeeld onder meerdere bestuurders, aldus de publicatie in het Algemeen Handelsblad van 21 juni 1911.

 

Bron: Delpher

 

De aanbesteding voor de bouw ging naar J.W. van den Berg te Erichem, valt te lezen in de Kleine Courant van 4 mei 1911.

 

Bron: Delpher

 

De N.V. Stoom- Wasch- en Strijkinrichting 1912, Fotocollectie Buren Regionaal Archief Rivierenland

 

De industriële revolutie kwam echt goed op gang door de uitvinding van de stoommachine. Ambachtelijk handwerk maakte plaats voor met stoom aangedreven machines en apparaten. Dat gold voor de uitbreiding van stoomtreinen en -trams en ook voor de wasinrichtingen in Nederland.

 

Tramlijn door de Voorstraat te Buren, ca. 1907. Collectie Regionaal Archief Rivierenland, 0670 Fotocollectie Tiel M 8078

 

Met stoom werd niet alleen transport, maar ook de machinale arbeid lichter, kon op grotere schaal worden toegepast en breidde in aantallen bedrijven enorm uit.

"In 1930 kende Nederland 2283 stoomwasserijen, waarvan 260 in Gelderland; één van de drie provincies met de meeste wasserijen van Nederland." Bron: CBS, 1930

 

Stoomwasserijen vervingen eeuwenoude blekerijen, bedrijven die over het algemeen ook al net buiten de binnenstad lagen.

De vestigingsplekken van de stoomwasserijen waren namelijk bij voorkeur aan rivieren met zo schoon mogelijk, stromend water.

 

 

Ook net buiten Buren, aan het riviertje de Korne, was dit het geval.

Waar de Stoom- Wasch- en Strijkinrichting precies heeft gestaan, is (nog) onduidelijk. Aannemelijk in het buitengebied richting Erichem, ten zuiden van de binnenstad.

 

 

 

Met behulp van stoomkracht werden wasmachines aangedreven. De stoom verwarmde het was- en spoelwater.

Het wasgoed werd vervolgens gecentrifugeerd, gemangeld en uitgehangen in droogkamers op een droogzolder.

Door stoom verwarmde buizen zorgden voor het versneld drogen van de was.

 

Veel wasserijen hadden een aparte machinekamer waar een stoomketel stond met daarnaast een stoommachine, die de aandrijving van de machines in de bedrijfsruimte regelde.

De wasserijen die in deze periode op stoomenergie gingen draaien, hadden ook een lange en hoge schoorsteen voor de afvoer van rook en stoom, zoals ook zichtbaar op de foto van de Burensche Stoom- Wasch en Strijkinrichting.

De bedrijven waren langgerekt, omdat de machines in rijen werden opgesteld. De machines draaiden namelijk allemaal om dezelfde as.

 

Inrichting wasscherij met wastrommels (boven) en strijkerij (onder), zoals hier opgesteld in De Wasch- en Strijk­inrichting van de Firma W.C. v.d. Veen te Baarn - ter illustratie

 

In de wasserijen werkten veelal ongeschoolde arbeiders, die op zeer jonge leeftijd (13-14 jaar) aan de slag gingen en in het bedrijf de werkzaamheden aangeleerd kregen.

De arbeidstijden waren lang. Men werkte doorgaans van 5.00 tot 20.00 uur.

Verdiensten voor het werk in de wasserij bestonden veelal uit kost en inwoning plus vijf gulden voor knechten, drie gulden vijftig voor vrouwen en twee gulden voor kinderen per week.

 

De verdiensten in de Burensche Stoom- Wasch en Strijkinrichting voor knechten waren dus met ƒ9 á ƒ10 per week opvallend goed te noemen.

 

De Courant 21-08-1912, Vacature Waschknecht  Bron: Delpher