Arbeidscontract van Jan Nicolaas Pistorius, meester chirurgijn, in dienst van de heren Cazenove en de Gennes op hun plantages in de kolonie Berbice
THIERRY DANIEL DE MAROLLES NOTA01529000490 - NOTA01529000491
Meester chirirgijn Jan Nicolaas Pistorius tekent een arbeidscontract voor 4 jaar. Zijn werk begint op de dag dat hij in de colonie aangekomen zal zijn en wel op de drie plantages van de heer de Gennes genaamd Petite Bretagne, de Gennes en Helhwal. Dit gedurende twee maanden, daarna de volgende 2 maanden op de 2 of 3 plantages van de heer Cazenove. Wel moet hij alle dagen even langsgaan bij de plantages waar hij dan niet verblijft.
Zijn verplichtingen: "niet alleen als chirurgijn de slaaven, hetzij rood of swart, van de genoemde heeren Cazenove en de Gennes, ende voorts alle die geene, die in hun dienst zijn, hetzij Christenen of andere op hun Ed.ns plantagien, met alle getrouwigheid, vlijt en naauwkeurigheid te helpen en verbinden .............. hem zal door derzelver directeuren belast werden, welkers ordres hij zonder tegenspreken zal moeten obedieeren en dezelve executeren, hetzij om de slaven haren pligt te laaten doen, of anderzints zoo als dezelve drecteuren het zullen ordonneeren."
Verder mag hij niet zonder toestemming naar andere plantages gaan om daar slaven te verbinden. Het is wel toegestaan slaven te helpen die naar de plantages van de heren Cazenove en de Gennes komen. Daar wordt dan loon voor in rekening gebracht. De helft daarvan is voor hem.
Is hij meer dan veertien dagen per jaar ziek, dan moet hij die tijd na zijn 4-jarige diensttijd nog "nadienen". Overlijdt hij of wordt hij wegens "ontrouw, dronkenschap of quaad gedrag" ontslagen, dan zal hij de terugtocht zelf moeten betalen dus ingehouden worden op zijn verdiensten.
Jan Nicolaas laat ook nog wat voorwaarden oponemen in het contract: hij mag niet zomaar ontslagen worden zonder "zeer suffisante reedenen daartoe te hebben" en ook moet de Gouverneur van de kolonie in kennis gesteld worden.
En mocht hij te komen overlijden, dan moet al hetgeen hij nalaat te gelde gemaakt worden, zodat na aftrek van allerlei kosten, het overige aan zijn erfgenamen kan toekomen.