Miljoenen akten liggen nog begraven in het archief van de Amsterdamse Notarissen. Ga mee op ontdekkingstocht en help de geschiedenis van Amsterdam herschrijven!
Boijing Jansen is friseerder. Hij huurt dan ook behalve een achterhuis en een pakhuis ‘een boovenstel van een friseermoolen’. En er moet een heleboel gereedschap aan te pas komen.
Maar wat deed een friseerder? 'Haar krullen', zegt Ensie. En hier werd ik ook al niet veel wijzer van... Beroepen van toen heeft meer informatie:
Frizeerder (friseerder)
Deze was werkzaam in de lakenindustrie. Nadat het laken geweven was en verder werd bewerkt kwam het in handen van de friseerder of nopper. Als regel was dit echter vrouwenarbeid, waarbij men dan spreekt van nopster of wiedster. Zij verwijderden de oneffenheden, die als gevolg van de knoopjes, die de wever had aangebracht om gebroken draden te herstellen, waren ontstaan. Zij bedienden zich daartoe van scherpe ijzers of messen. Deze noppen werden gebruikt voor het vullen van bedden en het vervaardigen van slechte soorten laken. Kennelijk werd hierbij ook gebruik gemaakt van zogenaamde friseerborden, die de kwaliteit van het laken aantastten, gezien een bepaling in de Keuren van de Leidse Lakendraperie: 'Niemand (sal) ... tot het Noppen vande Laeckens mogen gebruycken ... frijseer-borden, of eenige andere diergelijcke schadelijcke instrumenten.' In het Handvest van Amsterdam, 1ste Verv. 79 a wordt gesproken van 'Een Saaydrooger, Friseerder, Trypscheerder' enzovoorts. Later vervaardigde men textiel, dat dusdanig geweven werd dat er kleine overeindstaande lussen werden gevormd die men eveneens noppen noemde.
(Men kent het woord friseren (frizeren) ook in een andere betekenis: Het haar in de krul zetten.Ook hierbij komt de term friseerijzer voor maar dan in de betekenis van friseer- = krultang.)
En daar heb je al dit gereedschap voor nodig:
want dat ging kennelijk met paardenkracht.
WILLEM DECKER JR 1753-1782 - 1 - Beginner - 13424 - (1755-1755) - NOTQ00147000360 - NOTQ00147000362