lijfknecht
Updated at:
Schepen Nicolaas Cornelis Hasselaar komt onverwacht thuis van het stadhuis en betrapt zijn vrouw Anna Divera Kick – Antje voor intimi – in bed met Jan van Ingen, die een geheel eigen invulling aan de functie van lijfknecht geeft. En niet voor het eerst, zoals blijkt. Als haar man niet thuis is deelt de knecht haar bed, zo verklaren de drie dienstmeiden op request van Nicolaas. Wijlen Willem Boot, vorig jaar in huize Hasselaar overleden, heeft zich in mei 1735 nog 'geheel uijtgekleed' op de slaapkamer van mevrouw Hasselaar 'en vervolgens bij Mevrouw in bed gegaan en eenige tijd, jaa wel eenen geheelen nacht op het bedde neevens geleeghen'. En meer dan eens hebben ze zijn opvolger Jan van Ingen hetzelfde zien doen. Grietje Dames, die net als Jan, op allerheiligen is aangenomen, ziet hem de trap op gaan naar Mevrouws slaapkamer, nadat hij Meneer naar het stadhuis heeft gebracht. Op kousevoeten sluipt ze hem achterna en luistert aan de gesloten deur. Als ze 'op ordre van Mevrouw' 's morgens 'wel eens koffij, dan wel eens waater of wat dies meer zij' op bed brengen, ligt Jan naast Mevrouw in bed. Ze hebben hem bovendien Mevrouw zien kussen en gehoord hoe hij haar aansprak met "Antje lief", waarop Mevrouw antwoordde met "Jantje lief". Ze doen het ook overdag, als Nicolaas naar het stadhuis is en Jan eet dan ook bij haar aan tafel.
Een vierde getuige, de weduwe Anna van den Boer, als schoonmaakster werkzaam bij het destijds pasgetrouwde echtpaar Hasselaar doet een boekje open over Antjes intimiteiten met de toenmalige knecht Samuel, die 'meermalen met sijn hand Mevrouws aangesigt en onder haar kin gestreelt & self wel sijn hand bij den boesem van Mevrouw ingestooken heeft', waarna mevrouw enige tijd met hem 'in een toegeslooten kamer' doorbracht.
Tot slot Frederica Alida Fabricius, die er zes jaar gewerkt heeft en nóg een lijfknecht Augustus Kok ten tonele voert, die Antje 'veel vriendelijker behandelde als een vrouw van fatsoen betaamt'. Ze herinnert zich vooral een gelegenheid waarbij ze de knecht bij Mevrouw in de slaapkamer aantrof. Hij was dronken, zei Mevrouw en mocht daarom bij haar op de kamer slapen, op de vloer. Maar Frederica denkt er het hare van: 'uit de beweeging die er door Mevrouw & den knecht gemaakt wierden wel heeft kunnen besluijten dat er onbetamelijke & oneerbaare dingen gepleegt wierden'. Als Augustus het huishouden verlaat, met een 'geschrift behelsende een trouwbelofte' getekend en van een zegel voorzien door Mevrouw, ze heeft het zelf gezien, blijft Mevrouw hem af en toe ontbieden. Inmiddels is zijn opvolger Willem Boot aangenomen, die ze heeft horen zeggen dat hij 'zigh schaamde daar over dat hij door Mevrouw soo wierdt naageloopen & aangesogt'.
JAN ALEXANDER CREIJGHTON 1727-1757 - 1 - Beginner - 9573 - (1736-1736) - KLAM04095000047 - KLAM04095000052