Miljoenen akten liggen nog begraven in het archief van de Amsterdamse Notarissen. Ga mee op ontdekkingstocht en help de geschiedenis van Amsterdam herschrijven!
Geweldige verteller Harmen Snel, gaf inzicht in de werkwijze van de notaissen verdiensten en waar woonden de notarissen in de stad.
Weer boeiende dingen gehoord over de Stad: zoals hoe kwam de Schouwburg in Adam en hoe liepen de geld stromen van de salarissen van de toneel spelers en het onderhoud van de schouwburg.De Gijsbrecht van Vondel was altijd een topper in de schouwburg door de eeuwen heen.
Ik zat gekluisterd aan mijn stoel bij de uitleg van Harmen Snel, je kijkt toch weer anders tegen het "invoeren aan". De zoekopdracht die Frans Blom ons heeft meegegeven is een uitdaging. Hopelijk worden die notarissen snel ontsloten. Ik kijk nu al uit naar de volgende bijeenkomst. En leuke foto's impressie voor de thuisblijvers.
Kleine nabeschouwing van de deelnemersdag (inclusief de professionele begeleiders!) op 18 oktober:
Eerst een inspirerend verhaal van stadsarchivaris Harmen Snel , over hoe je dieper in de archieven kunt zoeken als je dat wilt:
B.v. het collateraal archief, waarin boedelscheiding van ongehuwden kan worden opgezocht. scheepsverklaringen uitgebreider bij averijgrossen, bedelingsarchieven/kerkgenootschappen bij attestaties, de kleine rollen bij rechterlijk archief -ook voor minder rijke Amsterdammers-, indagingen of vierschaar bij echtscheidingen. Dit is veelal nog niet digitaal, dus daarvoor is een bezoek naar het archief in het prachtige gebouw "de Bazel" in de Vijzelstraat van het Stadsarchief Amsterdam nodig.Neem dan de tijd om de uitgebreide interactieve tentoonstelling van het AAA project te bewonderen en ga thuis voldaan verder met invoeren:-)!
Neerlandicus Frans Blom van de Universiteit van Amsterdam gaf uitleg over de link Schouwburg-Burgerweeshuis en vroeg onze hulp om aktes hierover te melden: dit zal het beeld verduidelijken van de toneelwereld van 17e (18e en 19e eeuw) Dit verzoek wordt door de projectleiders verder uitgewerkt.
Het repertoire uit die tijd bestond veelal uit vertaalde buitenlandse stukken (le Cid, Hamlet, dood van Caesar) en boertige kluchten met prachtige titels als "Stijve PIet" en" klucht van ik kenjeniet". Het geld voor de opvoeringen ging gedeeltelijk naar het Burgerweeshuis , waar zich ook het archief bevindt (). Gedurende een periode van enkele jaren na het rampjaar 1672 werd er niet opgetreden.
Ondertussen weten we na deze middag al heel veel over de Theo en Louis d'Orwinnaars uit de Gouden Eeuw. En Vondels "Gijsbrecht" als Oscarwinnaar voor beste Nederlandse Gouden eeuwse inzending!
Zie voor o.a. lijsten met toneelspelers/stukken/schrijvers en statistieken de link:
http://www.vondel.humanities.uva.nl/onstage/
De bijbaantjes van rijk en arm zijn niet een modern fenomeen: notarissen én toneelspelers registreerden lang niet al hun inkomsten bij de17/18e eeuwse belastingendienst, hoorden we van beide sprekers. Hierdoor kan er b.v. geen betrouwbare conclusie worden getrokken over de tarieven die de notarissen hanteerden. Toneelspelers verdienden vaak buiten het seizoen bij door op "toernee" te gaan of door een heel ander soort baan erbij te hebben.